Historische Vereniging Koog-Zaandijk

Drankenindustrie Raak en 50-jarig bestaan (4)

“De Zaan” gaat door met modernisering en verbetering. Aan de Bijenkorfstraat worden nieuwe kleed- en douche- lokalen gebouwd. Er komt een tankgebouw voor boteropslag, een voorreiniging, een garage en in een plaatijzeren loods wordt een korrellijn geïnstalleerd: Cacaofabriek “de Zaan” wordt fabrikant van chocoladekorrels! Door de economische depressie worden de schillen van de wringers vrijwel onverkoopbaar. Boterproductie op wringbasis is bijna niet meer mogelijk. Experimenten met alternatieven voor het gebruik van de schillen veroorzaken branden, waardoor de bedrijfsbrandweer meerdere malen moet uitrukken.

In 1952 komt H.J.R. (Jan) Huysman in dienst, de dan 21-jarige zoon van directeur Willem Huysman. In hetzelfde jaar overlijdt de heer F.W. Doehring. Op 11 oktober 1952 wordt het nieuwe kleed- en douchelokaal in gebruik genomen. Erbij bevinden zich ook een portiersloge, een EHBO-ruimte en een kantine voor de dames. De heren hebben hun onderkomen op de eerste etage van de Stal. Door de internationale ontwikkelingen zijn de bedrijfsresultaten slecht, vooral in de tweede helft van 1952, maar in 1953 gaat het alweer beter.

De afdeling Binnenlandse Verkoop brengt nu de befaamde Zaanhagel op de markt in een veelhoekig doosje van 150 gram; een ontwerp van Tom de Heus. Er werken dan 270 mensen en er is een groot ruimtetekort. Daarom koopt “de Zaan” de voormalige havermoutfabriek De Grootvorst aan de Lagedijk te Zaandijk en tien percelen aan de Bijenkorfstraat, Guisweg en 2e Guiswegdwarsstraat.

De poederproductie wordt steeds belangrijken Er wordt veel uitgevoerd naar de Verenigde Staten, met name het zwarte poeder. In 1954 komt een deel van de nieuwe fabriek aan de Bijenkorfstraat gereed. Ook wordt dat jaar een hoog- en laagspanningsgebouw met daarboven een tekenkamer en een kantoor voor de Technische Dienst gerealiseerd. Op de Stal komt een opbouw voor de droge poedermalerij. Guisweg 79 wordt aangekocht en ook buitenplaats Woestduin voor Jan Huysman. Jan Huysman zorgt ervoor dat “de Zaan” steeds meer met één gezicht naar buiten treedt. In 1954 wordt hij benoemd tot directeur.

Internationale oriëntatie
Door een aandelenruil in 1955 wordt de samenwerking met Gill & Duffus geïntensiveerd. “De Zaan” verwerft 9 procent van het Engelse concern en Willem Huysman krijgt een zetel in de Board of Directors. De Engelsen nemen voor 33 procent deel in het kapitaal van “de Zaan”. Vergaderingen vinden afwisselend plaats in Londen en Koog-Zaandijk. “De Zaan” realiseert een winst van ruim ƒ 1 miljoen op een omzet van bijna ƒ 65 miljoen. De heren Bus en Jan Huysman onderzoeken in de V.S. de afzetmogelijkheden voor cacaopoeder. Dankzij de eigen agenten wordt daar steeds meer poeder afgenomen. Ze rapporteren dat er veel belangstelling is voor de dag-en- nacht-doorgaande controle van de producten door het eigen laboratorium. Hoewel de resultaten nadelig worden beïnvloed door de hoge grondstofprijzen en slechte oogsten in Afrika, neemt de verkoop van poeder voortdurend toe. Daarom stapt de directie in 1956 af van het idee de in aanbouw zijnde fabriek uit te rusten met wringers. Er komen twee horizontale 12-pots persen van Carle & Montenari. Zij zorgen voor een hoge kwaliteit van de geproduceerde poeders, al doen zich verscheidene brandjes voor in de poedermalerij. De nieuwe Brekerij wordt ondergebracht in de Grootvorst, voortaan bekend als de Wilhelmina II.

Carle & Montenari persen

Werksfeer
Intussen werken er al meer dan 300 mensen bij “de Zaan”. Als directeur Jan Huysman gaat trouwen, krijgt iedereen een weekloon als gratificatie. Willem Huysman vindt het jammer dat hij niet meer zoveel contact met de mensen heeft, maar in de Zaanklok roemen nieuwe medewerkers de persoonlijke sfeer in het bedrijf, de prettige omgang met de chefs, de goede betaling en de sociale zorg. Door de ruime personeelskantine, die in 1955 in gebruik is genomen, hoeven overwerkers niet meer naar huis om te eten. Het lagere fabriekspersoneel krijgt een winstregeling. De eerste uitkering bedraagt 3 procent plus een honderdste deel van het winstaandeel per dienstjaar.

December 1955: De Zaanklok groter gegroeid
De redactie schrijft in de vernieuwde Zaanklok: “Tot besluit mag er wel iets gezegd worden over de gedaantewisseling van De Zaanklok”. Ons tijdschrift is groter geworden – en niet alleen van formaat. De vijfde jaargang is ingegaan, de kleuterjaren van het personeelsorgaan “De Zaanklok” zijn voorbij, hij is de luiers ontgroeid en ontwikkelt zich tot een flinke snuiter, een echte Zaankanter. Hij is levendiger en royaler geworden, en hij zal U voortaan meer dan ooit bezig houden met zijn plaatjes en zijn praatjes, zijn ernst en zijn spot.

Groei en diversificatie
Voor ƒ 150.000 wordt de Wilhelmina I in Zaandam verkocht; gekocht worden de percelen De Ster aan de Stationsstraat, Wilhelminastraat 36 en Stationsstraat 38 en 40, waar het Lab wordt gevestigd. In 1957 worden ook Stationsstraat 44 en 46 aangekocht. N.V. Twincon wordt opgericht met het oog op de mogelijke toepassing van vervangende vetten (substituten). Deze proeffabriek komt op de plaats van gebouw De Ster en vergt een investering van ƒ 1,6 miljoen. De bouw start in 1958, al zijn er moeilijkheden met patenten. Tegelijkertijd wordt de samenwerking met Gill & Duffus in het onderzoek naar substituten geïntensiveerd. Octo in Suriname verdwijnt uit de boeken. De uitkomsten zijn goed, maar de toekomstmogelijkheden te onzeker. Twee productiemensen en drie inpaksters produceren de Zaanhagel. Wekelijks wordt er vier ton van afgezet. Latere pogingen het typerende doosje machinaal te produceren mislukken, zodat het handwerk blijft. Koekfabriek van Delft aan de Hoogstraat 54-56 in Koog wordt aangekocht. De bedoeling is hier een boterkoel- afdeling en laboratorium onder te brengen. Het wordt uiteindelijk alleen een gedeelte van het Lab. In ditzelfde jaar overlijdt G. van Pelt, de grondlegger van het Lab.

Nog vier panden aan de Hoogstraat worden aangekocht. De winst bedraagt ƒ 1,5 miljoen bij een omzet van ruim ƒ 76 miljoen, maar de directie betitelt 1958 als “een moeilijk jaar voor de cacao-industrie”. In 1959 heeft Cacao De Zaan veel last van concurrentie. Italië beschermt de eigen markt en Brazilië manipuleert met de prijzen van cacaobonen. Bij “de Zaan” blijft de aandacht gericht op kwaliteit. Het Lab wordt uitgebreid; research krijgt gestalte, naast de kwaliteitscontrole en applicatie. ‘Bedrijfshygiëne’ krijgt steeds meer aandacht. In 1960 is er vooral veel vraag naar droge poeder via het persproces. Het aantal medewerkers stijgt van 364 naar 408. Het eerste buitenlandse kantoor, een Vermittlungsagentur, wordt gevestigd in Bremen. De belangrijke West-Duitse markt kan zo intensiever worden bewerkt. De directie onderzoekt de mogelijkheden van activiteiten buiten de cacaosector, want zij ziet de mogelijke oprichting van cacaofabrieken in de oorsprongslanden en cacaoboter vervangende vetten nog steeds als bedreiging.

De fabriek van Raak aan de Hoogstraat in Koog aan de Zaan. Foto: Beeldbank Zaanstad

Advocaat- en limonadefabriek Bruinsma in Amsterdam wordt aangekocht voor ƒ 1 miljoen en ondergebracht in het oude complex van Van Delft, onder de naam N.V. Drankenindustrie Raak. De heer Bus is het niet eens met het diversificatiebeleid en neemt in januari 1961 ontslag. Ook voor ƒ 1 miljoen wordt het fabriekscomplex Zaanstroom aangekocht van oudpapierhandel Van Vemde. Hierin was tot 1957 chocoladefabriek Erven De Jong gevestigd. Het wordt een opslag van cacaobonen, waarmee veemkosten worden bespaard.

Sociaaleconomische veranderingen
De vrije zaterdag doet zijn intrede. De arbeidstijd wordt verkort van 48 naar 45 uur per week; de ploegendienst van 46 naar 44 uur. Productiemiddelen worden verbeterd en uitgebreid om aan de toenemende vraag naar vooral poeder te voldoen. Het Zaanse loonpeil is vaak hoger dan elders. Cacao De Zaan valt onder de cao voor de suikerverwerkende industrie en het College van Rijksbemiddelaars geeft toestemming om lonen te betalen volgens de (hogere) normen van de procesindustrie.

Op 15 april 1961 wordt het 50-jarig bestaan op grootse wijze gevierd in Treslong in Hillegom. Er wordt opgetreden door topmusici en -artiesten, zoals het Metropole Orkest, Mieke Telkamp en the Ramblers. Meer dan 1.000 mensen (werknemers en hun familieleden) zijn daarbij aanwezig. Dat jaar wordt er 28.900 ton cacaobonen verwerkt. De omzet bedraagt ƒ 86,7 miljoen.

De familie Huysman aan de feestdis in 1961
De directie en (Nederlandse en Engelse) commissarissen in 1961: v.l.n.r. directeur R. Dieters, directeur dr. H. van Brederode, commissaris J. C. Stuart, president- commissaris K. C. Sluyter, president-directeur W. Huysman, commissaris D.W. Martin, directeur H.J.R. Huysman en plaatsvervangend commissaris F.M. Gill.

Bron: De Zaanklok – Personeelsblad van Cacao de Zaan/ADM 1951-2011